Verhoging van het risico van osteoporotische fracturen door bepaalde geneesmiddelenEr is de laatste tijd veel aandacht voor het verhoogde risico van osteoporotische fracturen door inname van bepaalde geneesmiddelen, vooral de glitazonen en protonpompinhibitoren. Het risico van fracturen door glitazonen werd reeds besproken in de Folia van juli 2008 . De resultaten van een recente meta-analyse [ CMAJ 2009; 180: 32-9 ] wijzen erop dat bij langdurig gebruik van glitazonen (>1 jaar) het risico van fracturen bij vrouwen met type 2-diabetes verdubbeld wordt [OR* 2,23; 95%-betrouwbaarheidsinterval 1,65-3,01]; het risico van fracturen was niet verhoogd bij mannen met diabetes [OR* 1,00; 95%-betrouwbaarheidsinterval 0,73-1,39]. Uit een patiënt-controlestudie blijkt ook dat langdurig gebruik (≥ 7 jaar) van protonpompinhibitoren geassocieerd is aan een verhoogd risico van osteoporotische fracturen [ CMAJ 2008; 179: 319-26 met commentaar : 306-7]. In deze studie werden een matige verhoging van het risico van osteoporotische fracturen [OR* 1,92; 95%-betrouwbaarheidsinterval 1,16- 3,18] en een meer uitgesproken verhoging van het risico van heupfractuur [OR* 4,55; 95%-betrouwbaarheidsinterval 1,68-12,29] gezien na 7 jaar continu gebruik van protonpompinhibitoren. De resultaten van deze studie komen overeen met deze van twee andere patiënt-controlestudies waarin eveneens een verband (afhankelijk van de dosis en de gebruiksduur) gezien werd tussen het gebruik van protonpompinhibitoren en osteoporotische fracturen. De toename van het risico zou kunnen te wijten zijn aan malabsorptie van calcium ten gevolge van hypochloorhydrie. Hoewel de resultaten van patiënt-controlestudies geen definitieve conclusies toelaten, moeten ze ertoe aanzetten een mogelijk fractuurrisico in rekening te brengen bij het afwegen van de risico-batenverhouding van een langetermijnbehandeling met een protonpompinhibitor. Of een preventieve behandeling van osteoporose dit risico kan verminderen, is niet duidelijk. Bij langdurige behandeling met geneesmiddelen die het risico van fracturen kunnen verhogen, dient men zeker oplettend te zijn voor het eventuele gelijktijdig gebruik van andere geneesmiddelen die eveneens het risico van fracturen kunnen verhogen, bv. sederende middelen zoals de benzodiazepines en aanverwante middelen, de antidepressiva, de antiparkinsonmiddelen, de narcotische analgetica. * OR: Odds-ratio= Odds-verhouding (schatting van het relatief risico). |