- Hoofdstuk 1.10.4. Aprotinine (Trasylol®), een antifibrinolyticum gebruikt ter preventie van hemorragieën tijdens bepaalde chirurgische ingrepen, is sedert november 2007 tijdelijk wereldwijd teruggetrokken van de markt. Aanleiding hiervoor is het vaststellen van een verhoogde mortaliteit in een recente gerandomiseerde gecontroleerde studie (BART-studie). Tranexaminezuur (Exacyl®), het enige antifibrinolyticum dat in België nog beschikbaar is, kan een alternatief zijn.

- Hoofdstuk 5.3.2.2. Met de terugtrekking in november 2007 van Comburic®, een associatie van allopurinol en het uricosuricum benzbromaron, bestaat er in België geen specialiteit meer op basis van een uricosuricum. Ter herinnering : de specialiteit met enkel benzbromaron werd reeds van de markt teruggetrokken omwille van levertoxiciteit. Uricosurica kunnen echter nuttig zijn als tweede keuze voor de profylactische behandeling van jicht wanneer allopurinol niet verdragen wordt of wanneer recidieven optreden bij gebruik van allopurinol. Het magistraal voorschrijven van probenecid (2 maal 250 mg, progressief te verhogen tot 2 x 1 g p.d.) kan een alternatief zijn [zie Transparantiefiche « Aanpak van jicht », met updates].

- Hoofdstuk 10.7. Bexaroteen (Targretin®) is een antitumoraal middel van de familie van de retinoïden (beschikbaar sinds november 2007). Bexaroteen wordt langs orale weg gebruikt voor de behandeling van huidverschijnselen bij bepaalde gevorderde T-lymfomen.

- Hoofdstuk 14.4. Een specialiteit op basis van botulinetoxine A (Vistabel®) is nu gecommercialiseerd sinds november 2007 voor de behandeling van bepaalde rimpels tussen de wenkbrauwen. De eenheden en de indicatie van deze specialiteit verschillen van de andere specialiteiten op basis van botulinetoxine. Zoals reeds benadrukt in de Folia van november 2003 gaat het om een krachtig neurotoxine waarvan de ongewenste effecten op lange termijn niet bekend zijn. De belangrijkste ongewenste effecten op korte termijn zijn huiderupties, allergische reacties, hoofdpijn, faciale pijn, ptosis van het ooglid, lokale spierzwakte, nausea, grieperig syndroom, zwaktegevoel en spierpijn.