Het pandemische H1N1-virus: belangrijke verduidelijking in verband met de indicaties voor het gebruik van de neuraminidase-inhibitoren (in overleg met het Interministeriële Commissariaat Influenza) (17/07/09) 17 juli 2009

 

Tot 13 juli 2009 werden in België alle patiënten met symptomen van influenza die mogelijk contact hadden met het pandemische H1N1-virus getest op infectie. Patiënten met bevestigde infectie werden behandeld met oseltamivir (Tamiflu®); daarnaast werden de personen in de directe omgeving van de patiënt preventief behandeld met oseltamivir. Het doel was in de eerste plaats epidemische verspreiding van het virus tegen te gaan (“containment”).

Er is in België beslist om vanaf 14 juli 2009 niet meer alle patiënten met symptomen van influenza te testen op infectie met het pandemische H1N1-virus. Ook wordt aangeraden om enkel bij de patiënten met symptomen van influenza die behoren tot een van de door het Interministeriële Commissariaat Influenza gedefinieerde risicogroepen, een behandeling met een neuraminidase-inhibitor te overwegen. Gezien de moeilijkheden om een griepaal syndroom te definiëren, zeker bij jonge kinderen en bejaarden, zal de arts in ieder individueel geval in functie van de klinische context beslissen een dergelijke behandeling te starten (deze interpretatie van het advies werd besproken met het Interministeriële Commissariaat Influenza, en het gaf zijn akkoord).

De behandeling dient in ieder geval binnen de 48 uur na optreden van de symptomen te worden gestart.

De risicogroepen gedefinieerd door het Interministeriële Commissariaat Influenza zijn de volgende.

-          Patiënten met een chronische ademhalingsziekte; waaronder patiënten die de afgelopen 3 jaar geneesmiddelen tegen astma voorgeschreven kregen.

-          Patiënten met een chronische hartaandoening.

-          Patiënten met matige tot ernstige nier- of leverinsufficiëntie.

-          Patiënten met immunodepressie wegens ziekte of een behandeling.

-          Diabetespatiënten.

-          Zwangere vrouwen.

-          Personen die ouder zijn dan 65 jaar.

-          Kinderen jonger dan 5 jaar.

-          Patiënten die gehospitaliseerd zijn met een ernstig klinisch beeld, onder voorbehoud van de termijn van 48 uur.

 

In eerste instantie wordt oseltamivir aanbevolen; bij zwangere vrouwen wordt zanamivir aanbevolen. De behandelingsduur bedraagt 5 dagen. De doses zijn de volgende.

 

Dosis voor oseltamivir (Tamiflu®)

- Kinderen < 1 jaar: 4 à 6 mg/kg/dag in 2 giften.

- Kinderen van 1 tot en met 13 jaar:

·        < 15 kg: 60 mg p.d. in 2 giften

·        15 tot 23 kg: 90 mg p.d. in 2 giften

·        23 – 40 kg: 120 mg p.d. in 2 giften

·        40 kg: 150 mg p.d. in 2 giften.

- Personen > 13 jaar: 150 mg p.d. in 2 giften (bij creatinineklaring van 30 tot 10 ml/min: 75 mg per dag in 1 gift, of 60 mg per dag in 2 giften; bij creatinineklaring < 10 ml/min en dialysepatiënten: niet toedienen).

Wanneer de capsules Tamiflu® niet kunnen ingeslikt worden, kunnen deze geopend worden en kan de inhoud gemengd worden met een zoet voedingsmiddel zoals jam (de bittere smaak moet verdoezeld worden). Een alternatief is de inhoud van de capsule eerst te verdunnen in een beetje water, dan eenzelfde hoeveelheid zoete, viskeuze vloeistof toe te voegen, en daarna goed te mengen.

 

Dosis voor zanamivir (Relenza®)

- Kinderen < 5 jaar: niet aangewezen.

- Vanaf de leeftijd van 5 jaar: 20 mg p.d. in 2 giften (2 x 2 inhalaties).

 

Nog enkele opmerkingen

- Hoewel het Europese Geneesmiddelenagentschap geoordeeld heeft dat bij een influenzapandemie, de voordelen van oseltamivir bij kinderen jonger dan 1 jaar, en van osteltamivir en zanamivir bij zwangere vrouwen, opwegen tegen de mogelijke risico’s, dient benadrukt dat de gegevens over veiligheid van gebruik bij deze groepen, zeer beperkt zijn.

- Een selectief gebruik van de neuraminidase-inhibitoren is belangrijk. De voorraad antivirale middelen is immers niet onuitputtelijk, en daarenboven zijn de voorbije dagen de eerste gevallen van resistentie van het pandemische H1N1-virus tegen oseltamivir gerapporteerd. Er zijn heden geen gevallen van resistentie tegen zanamivir gerapporteerd.

- Het blijft belangrijk om mensen er van te overtuigen geen persoonlijke voorraad antivirale middelen aan te leggen.

 

In verband met een vaccin tegen het pandemische H1N1-virus

Een specifiek vaccin tegen het pandemische H1N1-virus wordt momenteel ontwikkeld. Gedetailleerde informatie over bv. de samenstelling van het vaccin, het aantal vereiste doses of de prioritaire doelgroepen, is momenteel nog niet bekend. Deze informatie zal verspreid worden via de officiële kanalen (www.influenza.be), en we zullen u op de hoogte houden via deze rubriek “Goed om te weten” op onze website en via de Folia.

 

Hoewel de virulentie van het virus op dit ogenblik niet zorgwekkend is, en de meeste patiënten met influenza door het pandemische H1N1-virus een spontaan gunstige evolutie kennen, lijkt het er meer en meer op dat een aantal patiënten zoals zwangere vrouwen, patiënten met astma of andere chronische aandoeningen zoals morbide obesitas, een hoger risico van ernstige morbiditeit hebben [zie persbericht van 13/07/09 van de Wereldgezondheidsorganisatie (WGO): www.who.int/entity/csr/disease/swineflu/notes/h1n1_vaccine_20090713/en/index.html]. Dit gegeven is belangrijk om, eens het vaccin beschikbaar is, de groepen te definiëren bij wie vaccinatie prioritair zal zijn. Naast deze groepen met hoog risico van influenza-gerelateerde complicaties zullen waarschijnlijk ook de gezondheidswerkers een prioritaire doelgroep zijn.

De WGO benadrukt dat, zoals voor andere recent gecommercialiseerde vaccins, monitoring van eventuele ongewenste effecten van het pandemisch griepvaccin belangrijk zal zijn. Het is waarschijnlijk dat het “pandemische vaccin” op veel grotere schaal dan gewoonlijk zal worden toegediend en het is mogelijk dat het productieproces van dit vaccin afwijkt van het klassieke proces. Dit kunnen bijkomende redenen zijn voor een actievere monitoring van eventuele ongewenste effecten.

 

Nuttige informatie die continu wordt bijgewerkt is te vinden via volgende websites.

-          Het Interministeriële Commissariaat Influenza in België: http://www.influenza.be/nl/H1N1_nl.asp

Persbericht van 13 juli 2009 via www.influenza.be/pdf/090713_PB_fase_1B_griep.pdf

-          De Wereldgezondheidsorganisatie: http://www.who.int/csr/disease/swineflu/en/index.html

-          De Centers for Disease Control and Prevention in de Verenigde Staten: http://www.cdc.gov/swineflu/

-          Het European Centre for Disaese Control and Prevention: http://ecdc.europa.eu/en/health_content/Articles/article_20090425.aspx

 

 

 

We houden u op de hoogte indien belangrijke nieuwe ontwikkelingen zich voordoen of beslissingen worden genomen. De datum in de titel van deze tekst geldt als datum van laatste update.