In een gerandomiseerde studie konden geen verschillen in werkzaamheid en veiligheid aangetoond worden tussen de vier belangrijkste vormen van emolliëntia (melk, crème, gel of zalf) die gebruikt worden bij kinderen met eczeem. De tevredenheid was hoger bij melk en gels dan met crème en zalf.
Ouders kunnen dus het emolliens kiezen dat het best geschikt is voor hun kind met eczeem.

Waarom is deze studie belangrijk?

  • Emolliëntia vormen de basis van de plaatselijke behandeling van eczeem (zie 15.4. Eczeem). Vóór de publicatie van deze studie, was er geen rechtstreeks vergelijkende studie naar de werkzaamheid van de verschillende emolliëntia (melk, crème, gel of zalf) die gebruikt worden bij eczeem.

  • Deze studie is de eerste pragmatische studie waarin de veiligheid en de werkzaamheid van de verschillende emolliëntia rechtstreeks vergeleken werden.

Opzet van de studie

  • Het betreft een gerandomiseerde superioriteitsstudie die uitgevoerd werd in Engeland. In deze studie werden kinderen tussen 6 maanden en 12 jaar oud willekeurig ingedeeld in één van de vier groepen: melk, crème, gel of zalf. Alle gebruikte emolliëntia bevatten vaseline. De kinderen vertoonden een lichte of ernstigere vorm van eczeem die vastgesteld was door een professionele zorgverlener.

    De exclusiecriteria waren een bekende overgevoeligheid voor de onderzochte emolliëntia of hun bestanddelen, een ouder die niet in staat was om zijn/haar geïnformeerde toestemming te geven of van wie het geschreven Engels onvoldoende was om de vragenlijst in te vullen. De ernst van het eczeem werd geëvalueerd met een klinische score (Patient Orientated Eczema Measure (POEM)).
  • Het primaire eindpunt was de ernst van het eczeem. Dat criterium werd geëvalueerd op basis van de POEM-score, die elke week werd bepaald aan de hand van een vragenlijst met 7 vragen die de ouders 16 weken lang invulden.

  • De secundaire eindpunten omvatten de klachten van eczeem, de levenskwaliteit, de tevredenheid en de impact op het gezin.

  • Alle gerandomiseerde patiënten werden gecontroleerd op ongewenste effecten.

Resultaten in het kort

  • Er werden 550 patiënten gerandomiseerd (137 melk, 140 crème, 135 gel, 138 zalf). De gemiddelde leeftijd was 4 jaar. 82% van de patiënten had een licht tot matig eczeem.

  • Er werd in de loop van de 16 weken geen verschil in de ernst van het eczeem (primair eindpunt) waargenomen tussen de verschillende emolliëntia.

  • De tevredenheid (secundair eindpunt) verschilt echter wel tussen de groepen. De tevredenheid was het hoogst met melk (67%) en met gel (64%), en was lager met crème (34%) en zalf (40%).

  • Voor de levenskwaliteit was er geen verschil tussen de behandelingsgroepen.

  • Er hebben zich geen ernstige ongewenste effecten voorgedaan. Ongewenste effecten kwamen echter vaak voor: 37% van de patiënten maakte melding van minstens één ongewenst effect, en er was geen statistisch significant verschil tussen de behandelingsgroepen. De ongewenste effecten die het vaakst gemeld werden, waren reacties op de plaats van toepassing: verergering van het eczeem, jeuk, roodheid of ontsteking, droogheid en een tintelend gevoel.

Commentaar van het BCFI

Volgens de studie zijn er geen verschillen in werkzaamheid en veiligheid tussen deze vier vormen van emolliëntia. Op basis van de resultaten van deze studie kunnen ouders dus het emolliens kiezen dat het best geschikt is voor hun kind met eczeem, en rekening houden met de verdraagbaarheid en het gebruiksgemak. Op het vlak van de tevredenheid, het secundair eindpunt, was er wel een verschil tussen de verschillende vormen. Bepaalde emolliëntia (in dit geval in de vorm van melk of gel) kunnen gebruiksvriendelijker zijn en dus tot een hogere tevredenheid leiden.

Bronnen

  • Ridd, Matthew J., et al. “Effectiveness and safety of lotion, cream, gel, and ointment emollients for childhood eczema: a pragmatic, randomised, phase 4, superiority trial.” The Lancet Child & Adolescent Health 6.8 (2022): 522-532. https://doi.org/10.1016/S2352-4642(22)00146-8.

  • Eczéma atopique chez les enfants, La Revue Prescrire 2023 ; 43 (475) : 377.