Selecties

Cardiovasculair stelsel:

Motivatie

MOTIVATIE VOOR DE SELECTIE

  • Onderhoudsbehandeling van stabiele angina: Calciumantagonisten geven naast symptomatische verbetering ook langetermijnwinst op cardiovasculaire morbiditeit of mortaliteit;
  • Hypertensie: Calciumantagonisten zijn een goede eerste keuze bij hypertensiepatiënten met stabiele angor;
  • Wordt over het algemeen goed verdragen ;
  • Lage kostpriijs.

Indicatie
Stabiele angor Arteriële
hypertensie
Criteria voor de selectie Werkzaamheid + +
Veiligheid + +
Gebruiksgemak + +
Prijs + +
Expert
consensus


Dosering

Geen dosisaanpassing nodig op basis van leeftijd.
Start, zeker bij kwetsbare ouderen, met ¼ tot ½ van de dosis en bouw traag op tot het gewenste effect bereikt is.
  • 5 tot 10 mg 1x/d.

In geval van nierfalen

  • geen dosisaanpassing bij nierinsufficiëntie

Delen en pletten

  • delen: sommige specialiteiten zijn deelbaar (prijzentabel amlodipine van het bcfi)
  • pletten, openen: Amlor® capsules 5 mg en 10 mg mogen geopend worden en de inhoud mag ex tempore geplet worden (lichtgevoeligheid)

zie ook: www.pletmedicatie.be

Voorzorgsmaatregelen voor gebruik

BIJZONDERE VOORZORGEN VOOR OUDEREN

  • voorzichtigheid is geboden bij hartfalen

De rubrieken hieronder verwijzen naar de geneesmiddelgroep waartoe het hier beschreven geneesmiddel behoort, indien deze beschikbaar zijn in het Gecommentarieerd Geneesmiddelen Repertorium.

Ongewenste effecten

  • Hypotensie.
  • Gingivale hyperplasie.
  • Dihydropyridines: ook perifere vasodilatatie met hoofdpijn, enkeloedeem, warmte-opwellingen, hypotensie en reflectoire tachycardie.
  • Diltiazem en vooral verapamil: ook vermindering van de contractiliteit van het hart en te sterke hartfrequentiedaling.
  • Diltiazem en verapamil: ook obstipatie.

Interacties

  • Overdreven bloeddrukdaling, vooral orthostatisch, bij combineren van meerdere antihypertensiva, bij associëren met nitraten, molsidomine, fosfodiësterase type 5-inhibitoren, levodopa of alcohol en bij volumedepletie.
  • NSAID’s kunnen het effect van antihypertensiva tegengaan.
  • Verhoogd risico van ongewenste effecten van de β-blokkers (bradycardie, atrioventriculair blok en verminderde myocardcontractiliteit) bij associëren met verapamil en in mindere mate diltiazem. Het gebruik van verapamil intraveneus is gecontra-indiceerd bij patiënten onder β-blokkers wegens het gevaar voor hartfalen en shock. Dit geldt omgekeerd ook voor de toediening van intraveneuze β-blokkers bij chronisch gebruik van verapamil.
  • Verapamil kan de afbraak van alcohol vertragen.
  • Vele dihydropyridines (amlodipine, felodipine, isradipine, lercanidipine, nicardipine, nifedipine, nimodipine), verapamil en diltiazem zijn substraten van CYP3A4 (zie Tabel Ic. in Inl.6.3.). Sommige calciumantagonisten (bv. felodipine en verapamil) vertonen na orale toediening een uitgesproken eerstepassage-extractie t.h.v. de lever. Hun biologische beschikbaarheid verhoogt bij associëren met CYP3A4-inhibitoren, en verlaagt bij associëren met CYP3A4-inductoren.
  • Verapamil en diltiazem zijn daarenboven inhibitor van CYP3A4 en substraat en inhibitor van P-gp (zie Tabel Ic. en Tabel Id. in Inl.6.3.).

Contra-indicaties

  • Dihydropyridines: onbehandeld hartfalen, instabiele angor, recent myocardinfarct.
  • Verapamil en diltiazem: hartfalen, tweede- of derdegraads atrioventriculair blok, Sick Sinus Syndroom, gelijktijdig gebruik van ivabradine.
  • Het gebruik van verapamil intraveneus is gecontra-indiceerd bij patiënten onder β-blokkers, bij reciproke tachycardie bij syndroom van Wolff-Parkinson-White en bij ventrikeltachycardie, wegens het gevaar voor hartfalen en shock.
  • Lercanidipine: ernstige nierinsufficiëntie; ernstige leverinsufficiëntie (SKP).
  • Op de website https://www.geneesmiddelenbijlevercirrose.nl worden felodipine, isradipine, lercanidipine, nicardipine en verapamil als “onveilig” (te vermijden) bij levercirrose beoordeeld.
  • Clevidipine: allergie aan soja, pinda’s of eieren.

Prijstabel