Doeltreffendheid van immuuntherapie bij allergische rhinitis

In de N Engl J Med [341 : 468-475(1999)] werden recent de resultaten gepubliceerd van een gerandomiseerde dubbelblinde studie naar de doeltreffendheid op lange termijn van immuuntherapie bij allergische rhinitis door pollen. De resultaten tonen een langdurige klinische doeltreffendheid alsook een gewijzigd immunologisch antwoord gedurende tenminste 3 jaar na stoppen van een immuuntherapie met een duur van 3 à 4 jaar (d.m.v. subcutane injecties van een vaccin op basis van pollen). In een editoriaal gepubliceerd in hetzelfde tijdschrift [ N Engl J Med 341 : 522-524(1999)] wordt verwezen naar meerdere gecontroleerde studies waarin de doeltreffendheid van immuuntherapie bij allergische rhinitis is aangetoond. Gezien het risico op acute allergische reactie, mag immuuntherapie enkel worden uitgevoerd indien reanimatiemateriaal voorhanden is, en indien de patiënt na elke injectie gedurende tenminste 20 minuten van dichtbij kan worden gevolgd. Om deze redenen mag immuuntherapie bij allergische rhinitis enkel overwogen worden wanneer de klassieke behandeling, met name vermijden van de allergenen en toedienen van antihistaminica oraal of nasaal, en van corticosteroïden nasaal [zie ook Folia januari 1999 ], niet verdragen wordt of niet doeltreffend is.

Bij patiënten met astma dient immuuntherapie waarschijnlijk te worden vermeden gezien het hogere risico op systemische reacties, en het gebrek aan bewijzen van doeltreffendheid [zie Folia november 1996].