Vaccinatie tegen influenza: winter 2001-2002

De vaccins tegen influenza die beantwoorden aan de normen van de Wereldgezondheidsorganisatie (W.G.O.) voor de komende winter 2001-2002 zijn de gezuiverde "split"- of "subunit"-vaccins met volgende samenstelling:

  • A/Moscow/10/99(H3N2)-like
  • A/New Caledonia/20/99(H1N1)-like
  • B/Sichuan/379/99-like.

De vaccins (α-RIX, ADDIGRIP, FLUVIRIN, INFLUVAC S, MUTAGRIP S, VAXIGRIP) worden aangepast aan deze normen.

Het blijft belangrijk om de risicopatiënten [zie en de adviezen van de W.G.O. http://www.who.int/wer/pdf/2000/wer7535.pdf ] te beschermen door vaccinatie. Om hier optimaal in te slagen, is het noodzakelijk op een actieve wijze deze risicopatiënten op te sporen binnen het patiëntenbestand. Bepaalde risicogroepen kunnen anders gemakkelijk ontsnappen aan de aandacht. De Belgische Hoge Gezondheidsraad raadt aan alle 60-plussers te vaccineren. In de Verenigde Staten heeft men de doelgroep uitgebreid tot personen ouder dan 50 jaar. De reden hiervoor is dat van de hoogrisicopatiënten ouder dan 50 jaar (patiënten met hart- en/of longaandoeningen e.d.) een veel te klein percentage effectief gevaccineerd wordt en hierdoor nog teveel verhoging gezien wordt van het aantal hospitalisaties en doden bij deze groep tijdens het griepseizoen.

Astma bij kinderen is bijvoorbeeld een indicatie voor griepvaccinatie. Een retrospectieve bevolkingsstudie bevestigt dat het aantal astma-exacerbaties niet toeneemt na vaccinatie, maar integendeel daalt met 20 à 40 % t.o.v. de periode vóór vaccinatie [ ]. Griepvaccinatie kan de toename in morbiditeit en qua ziekenhuisopname bij kinderen met astma, die in griepperiodes gezien wordt, gedeeltelijk terugdringen.

In 1999 werd zanamivir beschikbaar voor de behandeling van infectie door influenzavirus A en B [zie ook , maart 2000 ]. Wat is de plaats van zanamivir?

Het National Institute for Clinical Excellence (NICE) geeft als laatste advies (november 2000) over zanamivir dat het kan gebruikt worden voor de behandeling van infectie door influenzavirus A en B bij hoogrisicopatiënten. Zo verscheen dit ook in de . Toch verscheen in de Brit Med J [322 : 382(2001)] een tegengesteld advies, namelijk dat zanamivir nog steeds niet aan te bevelen is om voor te schrijven, zelfs niet bij risicopatiënten. Volgende redenen worden hiervoor aangehaald.

  • Er is niet bewezen dat het ernstige complicaties helpt voorkomen.
  • Er is geen evidentie dat het symptomatisch beter werkt dan paracetamol of ibuprofen.
  • Het is niet bewezen dat het werkzaam is bij risicopatiënten.
  • Patiënten met astma of longaandoeningen kunnen ademhalingsproblemen ontwikkelen door zanamivir.

Indien toch wordt beslist om zanamivir te gebruiken, is het van belang te weten dat correct gebruik van deze diskhaler niet evident is, zeker niet voor de bejaarden. Uit een studie in de blijkt dat slechts een kleine minderheid van goed geïnstrueerde bejaarden in staat is de diskhaler correct te gebruiken. Zanamivir kan in geen geval de influenzavaccinatie bij risicopatiënten vervangen.