Nieuwe Europese regelgeving voor de bepaling van creatinine

Door een nieuwe Europese regelgeving (Richtlijn 98/79/EG betreffende medische hulpmiddelen voor in-vitro diagnostiek, omgezet in het koninklijk besluit van 14 november 2001 en gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 12 december 2001) worden de fabrikanten van diagnostica voor de bepaling van creatinine in de Europese Unie verplicht, de standaardisatie van creatinine te herzien in de periode 2002-2003. Creatinine moet volgens deze nieuwe regelgeving worden geijkt ten opzichte van een "standaard van hoge orde&quot, en vele fabrikanten zullen daarom overschakelen op een GC-MS-standaard, d.w.z. een standaard die bepaald is via gaschromatografie/ massaspectofotometrie. Het is mogelijk dat met deze standaard niet dezelfde resultaten worden bekomen als met de oude standaard. In een aantal gevallen kan dan ook een duidelijke lagere waarde voor het serumcreatinine, en een duidelijke hogere waarde voor de creatinineklaring gevonden worden: veranderingen van 25 à 30 % zijn hierbij geen uitzondering. Men moet dus voorzichtig zijn, op het ogenblik van overschakelen, bij het hanteren van de waarden die gevonden worden voor de creatinineklaring en het serumcreatinine bij de dosisaanpassing van een aantal geneesmiddelen (b.v. digoxine, aminosiden) bij patiënten met nierinsufficiëntie. In geval van twijfel, en gezien men niet weet op welk ogenblik in de periode 2002-2003 een fabrikant zal omschakelen, neemt men best contact op met het klinisch laboratorium.