Wijziging van de terugbetalingsmodaliteiten van zuurstoftherapieSinds 1 juli 2012 zijn de terugbetalingsmodaliteiten van zuurstoftherapie gewijzigd (details via www.riziv.be/drug/nl/other-pharmaceutical-supplies/oxygen/index.htm ). Deze wijzigingen volgen op de aanbevelingen van het Federaal Kenniscentrum voor de Gezondheidszorg over "Zuurstoftherapie thuis" (KCE reports 156A, via www.kce.fgov.be ). Een van de wijzigingen betreft het onderscheid tussen kortetermijnzuurstoftherapie en langetermijnzuurstoftherapie. De officina-apotheker komt enkel nog tussen in de kortetermijnzuurstoftherapie , die door een huisarts of specialist kan voorgeschreven worden in volgende indicaties: acute hypoxemie (bv. ten gevolge van COPD of chronisch hartfalen), hypoxemie bij palliatieve patiënten en clusterhoofdpijn. De apotheker kan, afhankelijk van de indicatie, zuurstof als gas of in een oxyconcentrator afleveren; vloeibare zuurstof, een duurdere vorm, wordt voorbehouden voor de langetermijnzuurstoftherapie. De terugbetaling van kortetermijnzuurstoftherapie is beperkt tot 3 maanden per jaar, en een machtiging van de adviserend geneesheer van de verzekeringsinstelling is nodig, behalve voor patiënten die bij hun verzekeringsinstelling geregistreerd zijn als palliatief patiënt waarvoor de melding op het voorschrift "derdebetalersregeling van toepassing" volstaat. Voor de langetermijnzuurstoftherapie wordt de patiënt systematisch doorverwezen naar de dienst pneumologie of pediatrie van een ziekenhuis; de terugbetaling gebeurt binnen het kader van een revalidatie-overeenkomst tussen het RIZIV en deze diensten. |