Goed om te weten
Afbouw van antidepressiva: extra aandacht voor onttrekkingsverschijnselen
Academici uit verschillende landen doen een oproep in de BMJ om de boodschappen over de afbouw van antidepressiva in de NICE richtlijn over depressie te herzien1. Volgens een recente systematische review (2018) zou ongeveer de helft van de patiënten onttrekkingsverschijnselen ervaren bij het afbouwen van antidepressiva. In bijna één op twee gevallen zijn de onttrekkingsverschijnselen ernstig. Vaak houden ze meerdere maanden aan en bij een aantal patiënten zelfs meer dan een jaar. De NICE richtlijn stelt daarentegen dat onttrekkingsverschijnselen meestal mild zijn en hooguit één week aanhouden, wat niet meer beantwoordt aan de wetenschappelijke evidentie. Hierdoor interpreteren artsen onttrekkingssymptomen vaak verkeerdelijk als bewijs van herval of onvoldoende therapierespons, met als resultaat dat ze het antidepressivum heropstarten, de dosis verhogen of overschakelen naar een ander antidepressivum. Patiënten vinden ook dat artsen de problemen die kunnen gepaard gaan met de afbouw van antidepressiva te weinig erkennen en hen onvoldoende begeleiden tijdens de afbouw.
In het Folia-artikel van april 2019 over de afbouw van antidepressiva raden wij aan om trager af te bouwen als de patiënt te veel last heeft van onttrekkingsverschijnselen. Het artikel in de BMJ bevestigt dat patiënten sterk kunnen verschillen in hun reactie op de afbouw. Dit onderstreept het belang van een goede opvolging en voldoende flexibiliteit bij het toepassen van afbouwschema’s. Psychologische begeleiding kan de kans op slagen verhogen, maar de mogelijkheden daartoe zijn vaak beperkt. Het is ook belangrijk dat een arts bij de opstart van een antidepressivum de patiënt informeert over de problemen die kunnen optreden bij het verminderen en staken.
1 Davies J, Read J, Hengartner MP, et al. Clinical guidelines on antidepressant withdrawal urgently need updating. BMJ 2019;365:I2238 doi: 10.1136/bmj.l2238 (Published 21 May 2019).