Geen plaats voor DOAC’s in de secundaire preventie na ischemisch CVA van ongekende oorzaak

In de Folia van september 2018 bespraken we de NAVIGATE ESUS-studie. In deze studie bij patiënten met een recent doorgemaakt ischemisch cerebrovasculair accident (CVA) van ongekende oorzaak, toonde rivaroxaban geen winst ten opzichte van acetylsalicylzuur op het primaire eindpunt recidief-CVA, maar ging wel gepaard met een toename van de incidentie van majeure bloedingen1. In een in mei 2019 gepubliceerde studie toont nu ook dabigatran zich niet superieur aan acetylsalicylzuur in deze indicatie2. Er was geen significante toename van de incidentie van majeure bloedingen, maar er waren wel meer klinisch relevante niet-majeure bloedingen.
Zoals besproken in de transparantiefiche “CVA: secundaire preventie” blijft acetylsalicylzuur de eerste keuze voor de secundaire preventie van CVA bij patiënten zonder voorkamerfibrillatie of kleplijden.

Specifieke bronnen

1 Hart RG, Sharma M, Mundl H, Kasner SE, Bangdiwala SI et al. Rivaroxaban for stroke prevention after embolic stroke of undetermined source. N Engl J Med 2018;378:2191-201. doi: 10.1056/NEJMoa1802686
2 Diener HC, Sacco RL, Easton JD, Granger CB, Bernstein RA et al. Dabigatran for prevention of stroke after embolic stroke of undetermined source. N Engl J Med 2019;380:1906-17. doi: 10.1056/NEJMoa1813959